Mark van Bommel viel direct na zijn debuut bij Fortuna Sittard op. Een
kleine, pezige middenvelder die bij vlagen bloedirritant kon zijn. Dat
type voetballers is toch wel gewild, waardoor zowel Ajax als PSV hem
probeerden in te lijven. PSV trok uiteindelijk aan het langste eind en
heeft geen seconde spijt gehad van de aankoop.
Van Bommel werkte zich snel op tot aanvoerder van de Eindhovense ploeg
en won met zijn club vier nationale titels en kreeg tweemaal de
onderscheiding ‘beste voetballer van Nederland’. Ondanks die successen
wilde het internationaal niet echt lukken, PSV vloog voortdurend na de
eerste ronde uit de Champions League. Pas in z’n laatste seizoen werd
de halve finale gehaald, waar PSV op schlemielige wijze werd
uitgeschakeld door Milan.
Ook in het Nederlands Elftal heeft Van Bommel een groot aantal
interlands gespeeld, maar is desondanks uit de gratie van bondscoach
Van Basten geraakt. Deze is van mening dat de routiniers in zijn ploeg
hun taken moeten volbrengen en geen fouten moeten maken. En was het al
een fout van Van Bommel dat Milan in die halve finale toch nog scoorde,
Van Bommel liet z’n man lopen, ook in het Nederlands Elftal maakte hij
een paar keer deze fout.